Jeremiah 49:36

118) vier winden

Dat is, de vijanden van alle kanten.

119) verstrooien;

Gelijk boven Jer. 49:32.

Jer 49.32

120) zullen komen.

Hebreeuws, zal, dat is, van hun verdreven volk zal er overal zijn.

Ezekiel 5:10

35) kinderen eten in het midden van u,

Te weten uit oorzaak van hun groten honger en gebrek van leeftocht. Zie het dreigement Gods hiervan Lev. 26:29; Deut. 28:53, en de vervulling Klaagl. 2:20, en Klaagl. 4:10.

Le 26.29 De 28.53 La 2.20 4.10

36) uw overblijfsel

Zie boven Ezech. 5:2.

Eze 5.2

37) alle winden verstrooien.

Dat is, in alle delen der wereld. Alzo Jer. 49:32,36; onder Ezech. 12:14, en Ezech. 17:21, en Ezech. 37:9; Zach. 2:6.

Jer 49.32,36 Eze 12.14 17.21 37.9 Zec 2.6

Ezekiel 17:21

72) zijn vluchtelingen

Zie van dezen 2 Kon. 25:5, en Jer. 52:8.

2Ki 25.5 Jer 52.8

73) benden

Dat is, scharen en hopen van krijgsvolk. Zie boven Ezech. 12:14.

Eze 12.14

74) door het zwaard vallen,

Dat is, in den oorlog of door wapenen omkomen. Zie Lev. 26:7.

Le 26.7

75) in alle winden

Dat is, in alle hoeken der wereld. Zie boven Ezech. 5:10.

Eze 5.10
Copyright information for DutKant