Job 13:24

44) verbergt

God wordt gezegd zijn aangezicht van de vromen te verbergen, als Hij op hen in den nood geen acht schijnt te geven, hun gebeden niet te verhoren en alle hulp te weigeren. Zie Deut. 31:17. Gelijke manier van spreken zijn Ps. 13:2, en Ps. 69:18, en Ps. 102:3; Jes. 54:8; Micha 3:4.

De 31.17 Ps 13.1 69.17 102.2 Isa 54.8 Mic 3.4

45) houdt mij

Dat is, handelt met mij zo strengelijk door al de plagen, die mij overkomen, dat Gij mij voor uw vijand schijnt te houden; daar ik nochtans uw kind en dienaar ben.

Job 16:9

17) Zijn toorn

Versta, den toorn Gods. Hij spreekt weder van God in den derden persoon.

18) verscheurt,

Het is een gelijkenis, genomen van de leeuwen, of andere verscheurende dieren, om des te beter uit te drukken hoe vreeslijk het is in de handen des levenden Gods te vallen, als Hij met ernst wil straffen; Hebr. 10:31. Vergelijk Ps. 50:22; Klaagl. 3:10,11; Hos. 5:14, en Hos. 6:1.

Heb 10.31 Ps 50.22 La 3.10,11 Ho 5.14 6.1

19) Hij haat mij;

Of, haat mij innerlijk. Alzo Gen. 49:23, en Gen. 50:15.

Ge 49.23 50.15

20) Hij knerst

De knersing der tanden, welke geschiedt door samenbijting en samenwringing derzelve, is een gebaar dergenen, die met zeer felle gramschap bevangen zijn, gelijk Ps. 35:16, en Ps. 37:12, en Ps. 112:10; Klaagl. 2:16; of dergenen, die in zeer grote pijn, kwelling en smarten gesteld zijn; Matth. 8:12; Luk. 13:28. Hier wordt zij Gode in den eersten zin bij gelijkenis toegeschreven, om des te beter het geweld en de vreeslijkheid zijner gramschap ons bekend te maken.

Ps 35.16 37.12 112.10 La 2.16 Mt 8.12 Lu 13.28

21) scherpt

Dat is, stelt een vergramd en vreeslijk gezicht tegen mij, even alsof Hij met zijn ogen, gelijk met een vreeslijken bliksem, mij doorstralen wilde.

Jeremiah 30:14

25) liefhebbers

Op welke gij u verlaten hebt, gelijk Egyptenaars en anderen.

26) vijands plage,

Dat is, zo hard en scherp alsof u een vijand geslagen had; dat men naar het uiterlijke aanzien zou zeggen, een vijand heeft het gedaan; blijvende ondertussen mijne gedachten des vredes bestendig. Zie Jer. 30:16,17,18, enz.

Jer 30.16,17,18
Copyright information for DutKant