Job 14:21

48) komen

Te weten, door groten voorspoed, overvloedigen rijkdom, hogen staat, enz.

49) hij weet het niet;

Te weten, omdat hij uit de wereld gescheiden is, zulks dat zijner kinderen welvaren hem niet vermaakt.

50) klein,

Te weten, door tegenspoed, armoede, lagen staat, enz.

51) let niet op hen.

Of, hij verneemt niet naar hen, of hij slaat hen niet gade; dat is, dood zijnde, is hij over hen niet bekommerd. Vergelijk Pred. 9:5.

Ec 9.5
Copyright information for DutKant