Job 22:15

26) het pad

Dat is, den vorigen gang, dien de goddelozen vanouds af tot hun verderf ingegaan zijn. Alzo is het woord eeuw, of eeuwigheid genomen. Jes. 57:11; Jer. 2:20, en Jer. 28:8.

Isa 57.11 Jer 2.20 28.8

Job 34:8

12) En gaat

Hij wil zeggen dat Job met zijn redenen zich den kwaden en goddelozen mensen gelijk maakte en gemeenschap met hen had in het kwaad spreken.

13) goddeloze lieden.

Hebreeuws, lieden der goddeloosheid. Zie boven, Job 11:11.

Job 11.11

Psalms 26:4

5) ijdele

Hebr. mannen, mensen, of lieden, der ijdelheid, of valsheid.

6) bedekte

Dat is, dubbele, geveinsde, huichelaars, die met bedekte kwade praktijken omgaan.

7) ga ik

Alzo wordt Het Hebr. woord ook genomen Joz. 23:7.

Jos 23.7

Proverbs 24:1

1) niet nijdig

Zie Ps. 37:1.

Ps 37.1

2) de boze lieden,

Hebreeuws, mannen der boosheid, of des kwaads; dat is, mensen die de boosheid toegedaan, of tot alle kwaad genegen zijn. Zie Job 11:11.

Job 11.11
Copyright information for DutKant