Job 28:13

34) der levenden.

Dat is, onder de mensen, die op de aarde leven. Vergelijk Ps. 27:13, en Ps. 142:6; Jes. 38:11, en Jes. 53:8.

Ps 27.13 142.5 Isa 38.11 53.8

Psalms 52:5

11) Sela.

Zie Ps. 3:3.

Ps 3.2

Psalms 116:9

13) der levenden.

Dat is, dergenen, die op aarde leven, of die nog in deze wereld leven en wandelen; gelijk Ps. 27:13 en de aantekening bij Ps. 56:14.

Ps 27.13 56.13

Jeremiah 11:19

50) om te slachten;

Ter slachting, om geslacht te worden, dat men hem slachte.

51) gedachten

Dat is, boze aanslagen en praktijken tegen mij voorhanden.

52) den boom

Te weten den profeet Jeremia met zijne leer en profetie.

53) vrucht

Hebreeuws eigenlijk, brood; dat is spijs, en voorts vrucht, als die ter spijs dient.

54) land

Zie Ps. 27:13.

Ps 27.13
Copyright information for DutKant