Job 38:16

37) oorsprongen

Hebreeuws, tranen, of traningen. Versta, de allerdiepste gronden, springaders en opwellingen, uit welke de meeste en sterkste vloeden voortbreken.

38) in het onderste

Hebreeuws, in de onderzoeking, dat is, in de plaats der zee, die de allerdiepste is, en wel met het dieplood doorzocht, maar niet gevonden kan worden.

39) des afgronds

Vergelijk Gen. 1:2, en boven, Job 28:14.

Ge 1.2 Job 28.14

Proverbs 8:28

58) vestigde;

Te weten, opdat zij hare plaats behoudende, niet zouden nedervallen op de aarde.

59) vastmaakte;

Dat is, een vasten en gedurigen loop gaf.

Copyright information for DutKant