Job 39:19
44) haar jongen, Of, haar eieren, uit welke zij jongen krijgt. Zij handelt daarmede hardelijk tegen het natuurlijke van andere vogels, om de redenen in Job 39:17,18 vermeld. Job 39.14,15 45) haar arbeid Te weten, die zij heeft met haar eieren te leggen, zo God voor dezelve niet zorgde. 46) [omdat] Te weten, van haar eieren te verliezen en daaruit geen jongen te krijgen.
Copyright information for
DutKant