John 10:15

26) [alzo] ken Ik

Of, en Ik den Vader ken.

27) stel Mijn leven

Grieks mijn ziel; dat is, zal haast mijn leven voor hen in den dood overgeven, Matth. 20:28.

Mt 20.28

John 11:52

52) de kinderen Gods,

Dat is, de uitverkorenen uit alle volken door de ganse wereld; Openb. 5:9.

Re 5.9

53) een zou vergaderen.

Namelijk lichaam, kudde of gemeente; gelijk Joh. 10:16; Ef. 2:14.

Joh 10.16 Eph 2.14

John 17:9

23) de wereld, maar

Dat is, niet voor alle mensen der wereld zonder onderscheid, maar voor de uitverkorenen en gelovigen; Rom. 8:33,34.

Ro 8.33,34

24) Uw.

Zie Joh. 17:6.

Joh 17.6
Copyright information for DutKant