Jonah 1:9

30) Ik ben een Hebreer

Zie Gen. 10:21.

Ge 10.21

31) des hemels

Die zijn troon en woonplaats gezegd wordt te hebben in den hemel, omdat Hij aldaar zijn goddelijke majesteit vertoont; of die de hemelen gemaakt heeft.

32) die de zee

Ook deze, waar wij in varen.

33) het droge

Dat is, de aarde; zie Gen. 1:9, Gen. 1:10.

Ge 1.9,10
Copyright information for DutKant