Jonah 4:2

3) hij bad tot den HEERE

In zijn onverstand en verdriet begeeft hij zich evenwel tot God, van wiens aangezicht hij tevoren gevlucht was.

4) was dit mijn woord niet

Dat is, mijn zeggen, te weten bij mijzelven; dat is, dacht ik niet dat het zo gaan mocht? Immers ja, wil hij zeggen; daarom. enz.

5) Daarom kwam ik het voor

Jona wil hier zijn vluchten verontschuldigen; waarover hij nochtans van God zo zwaarlijk was gekastijd.

6) lankmoedig en groot van goedertierenheid

Zie Exod. 34:6.

Ex 34.6

7) en berouw hebbende

Gelijk Jona 3:9, Jona 3:10.

Jon 3.9,10
Copyright information for DutKant