Joshua 4:6
4) teken zij onder ulieden; Dat is, een gedenkteken. Joz. 4:7 wordt het een gedachtenis genoemd. Jos 4.7 5) morgen vragen zullen, Zie Gen. 30:33; Exod. 13:14; Deut. 6:20. Ge 30.33 Ex 13.14 De 6.20 6) Wat zijn u deze stenen? Dat is, waartoe dienen deze stenen? of, wat hebben zij te beduiden? Alzo ook Joz. 4:21. Zie Exod. 12:26. Jos 4.21 Ex 12.26Joshua 22:24
27) vanwege Te weten, van den waren Godsdienst. 28) Morgen mochten Dat is, hiernamaals. 29) Wat hebt gij Hebreeuws, wat is ulieden, en den Heere den God Israls? Zulke manieren van spreken worden ook in het Nieuwe Testament gebruikt, Matth. 8:29, en Joh. 2:4. Mt 8.29 Joh 2.4
Copyright information for
DutKant