Judges 3:20

31) koele opperzaal,

Hebreeuws, een opperzaal der verkoeling; dat is, in een zomerzaal, dienende tot verkoeling tegen de hitte des zomers.

32) die hij voor zich alleen had;

Anders, hij nu zat alleen in een koele opperzaal, die voor hem was, of die hij had.

33) stond hij op van den stoel.

Hoewel hij [als een afgodendienaar] zijn afgoden meerder achtte dan den God Isra‰ls, heeft hij nochtans zijn woord of gezant dezen eerbied willen bewijzen.

Copyright information for DutKant