Judges 6:26
42) hoogte Hebreeuws, hoofd. 43) sterkte, Versta, den rotssteen, uit welken het vuur was uitgegaan, dat de spijs met het sap verteerd had, Richt. 6:21. Zulke rotsstenen gebruikte zij in tijd van nood voor een sterkte en toevlucht. Jud 6.21 44) bekwame plaats; Of, ordentelijk, geschiktelijk. Hebreeuws, in, of, met ordening, schikking, bekwaamheid. Anders, met een laag [hout] omdat ordelijk te leggen onder den var ten brandoffer. 45) offer een brandoffer Dit was een bijzonder bevel des Heeren in dezen tijd van verval; anders was het offeren ordinairlijk den priesters bevolen.
Copyright information for
DutKant