Judges 7:13-14
26) geroost gerstebrood Of, een taart van gerstebrood. Anders, een gedruis van een gerstebrood. Dit geeft te kennen de slechtigheid en verachtelijkheid van het middel, waardoor God Midian slaan en zijn volk verlossen zou. 27) het onderste boven, Hebreeuws, keerde haar om naar boven. 2 Kings 7:7
15) schemering Te weten, recht, eer de melaatsen aan het leger gekomen waren. Zie boven, 2 Kon. 7:5. 2Ki 7.5 16) als het was; Te weten, toen zij nog daarin waren voor hun vlucht, die hun zo onvoorziens en met zulke verschrikking overkomen is, dat zij, nergens naar omziende, alles gelaten hebben zo het was, om slechts hun leven daarvan te brengen. Vergelijk 2 Kon. 7:5 met onder, 2 Kon. 7:10. 2Ki 7.5,10 17) levens wil. Hebreeuws, ziel. Zie Gen. 19:17. Ge 19.17 2 Kings 7:10
20) den poortier Anders, tot de portiers. 21) hun, Namelijk, den portier en dengenen, die met hem aan de poort de wacht hielden. Jeremiah 6:3
11) herders De vorsten der Babylonirs. Vergelijk onder Jer. 49:19. Jer 49.19 12) kudden; Heirkrachten. Vergelijk onder Jer. 49:20. Jer 49.20 13) opslaan; Hebreeuws, vastmaken, hechten. Versta hierdoor de belegering van Jeruzalem. 14) ruimte afweiden. Hebreeuws, hand; dat is, ruimte, plaats, gelijk elders. Zie Job 1:14. Job 1.14 Habakkuk 3:7
30) Ik Te weten ik, het volk van Isral. Zie hiervan Exod. 15:14. Of, [ik zag] dat is, ik houd het zo zeker, alsof ik het zelf zag. Ex 15.14 31) Kuschan Of, der Moren. Versta hierbij, en andere volken rondom gelegen; zie Richt. 3:8. Jud 3.8 32) onder Of, in moeite, of in druk, of tot ijdelheid begeven zijnde; dat is ijdel en tevergeefs het volk Gods vervolgende. 33) de gordijnen Dat is, de tenten, van gordijnen gemaakt. Zie de geschiedenis Richt. 7:21. Jud 7.21 34) schudden Of, werden bewogen, of bevende. Het schijnt dat de profeet hier ziet op de nederlaag van Cuschan-Rischatam, #Richt.3:10, en der Midianieten, Richt. 6,7. Jud 3.10
Copyright information for
DutKant