Judges 9:16
26) Alzo nu, Hier verklaart nu Jotham de voorgestelde gelijkenis. 27) verdienste zijner handen gedaan hebt. Of, weldaad.2 Chronicles 20:11
20) vergelden Te weten, het goed, dat wij hun gedaan hebben met het kwaad, dat zij, ons nu aandoen willen. Het Hebreeuwse woord is hier voor kwade vergelding genomen; alzo 2 Kron. 32:25; Ps. 7:5, enz.; elders ook voor goede, Richt. 9:16; 2 Sam. 19:36; voor beide, 1 Sam. 24:18; Spreuk. 31:12. 2Ch 32.25 Ps 7.4 Jud 9.16 2Sa 19.36 1Sa 24.17 Pr 31.12Psalms 13:5
9) wankelen. Dat is, sneuvelen en vallen. Verg. Ps. 10:6. Ps 10.6
Copyright information for
DutKant