Judges 9:29

53) Och,

Hebreeuws, wie zal geven dat, enz. Zie van deze manier van wensen Deut. 5:29.

De 5.29

54) mijn hand ware!

Dat is, in mijn macht, onder mijn beleid, zou ik Abimelech haast van kant helpen.

55) tot Abimelech zeide hij:

Den afwezenden, alsof hij tegenwoordig ware, [gelijk pochers en snorkers plegen] schimpelijk trotserende.

56) Vermeerder uw heir,

Versterk uw volk zozeer als gij kunt of wilt, en komt er uit, of voor den dag, gelijk men zegt.

2 Samuel 18:33

51) zeide hij alzo:

David heeft verscheidene oorzaken gehad om zich hartelijk te bedroeven over dit ongeval, inzonderheid wanneer hij, boven zijns zoons tijdelijken dood, mocht vrezen zijn eeuwigen ondergang.

52) Och, dat ik,

Hebreeuws, wie zal geven, of, wie gave dat, enz. Zie van zulk een manier van spreken in het wensen, Exod. 16:3; Deut. 5:29, enz.

Ex 16.3 De 5.29

Job 6:8

17) Och,

Hebreeuws, wie zal geven? Een manier van wensen bij de Hebre‰n zeer gebruikelijk. Zie van dezelve ook onder, Job 11:5, en Job 13:5, en Job 14:13, en Job 19:23, en Job 23:3, enz.; idem Exod. 16:3, Num. 11:29, en de aantekening.

Job 11.5 13.5 14.13 19.23 23.3 Ex 16.3 Nu 11.29

18) mijn verwachting

Dat is, dat ik verwacht, te weten, den dood; gelijk in Job 6:9 verklaard wordt. Vergelijk boven, de aantekening Job 5:6.

Job 6.9 5.6

Job 11:5

9) och,

Hebreeuws, wie zal geven dat God spreke? Zie boven, Job 6:8.

Job 6.8
Copyright information for DutKant