Leviticus 11:24-25

23) aan deze

Te weten aan de navolgende dingen, welke verhaald worden van hier af tot en met Lev. 11:43.

Le 11.43

24) verontreinigd worden;

Te weten, met het aanroeren daarvan.

25) zal onrein zijn

Dat is, hij zal vanwege zijn ceremoni‰ele onreinheid niet mogen verkeren met de mensen, veel minder in den voorhof des Heeren verschijnen, of van het geofferde eten, dan na den avond.

Leviticus 15:4

4) tuig,

Of, vat. Het Hebreeuwse woord betekent hier allerlei huisraad, gereedschap, vaten, klederen, werktuig, roerend goed. Alzo onder, Lev. 15:6,22.

Le 15.6,22

Numbers 9:10

Numbers 19:11

8) enig dood lichaam van een mens,

Hetzij van een Jood, of van een vreemdeling. Hebreeuws, ziel. Zie Lev. 19:28.

Le 19.28

Numbers 19:13

10) verontreinigt den tabernakel

Wanneer hij, nog onrein zijnde, evenwel niet schroomt tegen Gods uitgedrukt bevel in den voorhof van zijn heilige woning te verschijnen.

11) die ziel

Dat is, mens, persoon.

12) uitgeroeid worden uit Isra‰l;

Als hebbende moedwilliglijk veracht, niet alleen dit ceremoni‰el gebod des HEEREN, maar ook de betekende zaak, te weten, de reiniging door het bloed van den Messias, gelijk de volgende woorden uitwijzen; vergelijk met boven, Num. 19:9. Vergelijk ook Hebr. 10:26,27,28,29. Zie wijders Gen. 17:14; alzo onder, Num. 19:20.

Nu 19.9 Heb 10.26,27,28,29 Ge 17.14 Nu 19.20

13) is nog in hem.

Of, zal voortaan in hem zijn, of, blijft in hem.

Copyright information for DutKant