Leviticus 2:1

1) een ziel een offerande

Dat is, een persoon, of mens; gelijk het woord mens gebruikt wordt boven Lev. 1:2. Zie Gen. 12:5.

Le 1.2 Ge 12.5

2) spijsoffer den HEERE zal offeren,

Dat is, ene offerande, waarin men spijs of meelbloem offerde, dat ten dele den priester toekwam, ten dele met wierook werd verbrand. Zie de volgende verzen.

3) meelbloem zijn;

Dat is, gebuild meel, de bloem van het meel.

Copyright information for DutKant