‏ Leviticus 26:36

51) Ik zal in hun hart

Dat is, Ik zal hun allen moed en kracht benemen en een vrees aanjagen, dat zij zonder nood zullen verschrikt worden.

52) gelijk men vliedt

Hebreeuws, de vlucht eens zwaards.

‏ Deuteronomy 28:65

69) mattigheid der ziel.

Of, flauwigheid, treurigheid.

Copyright information for DutKant