Leviticus 26:36

51) Ik zal in hun hart

Dat is, Ik zal hun allen moed en kracht benemen en een vrees aanjagen, dat zij zonder nood zullen verschrikt worden.

52) gelijk men vliedt

Hebreeuws, de vlucht eens zwaards.

Deuteronomy 28:65

69) mattigheid der ziel.

Of, flauwigheid, treurigheid.

Job 15:21

38) der verschrikkingen

Te weten, die hem zijn conscientie zal aanjagen, hem voorstellende zijn boosheden en dreigende met Gods rechtvaardig oordeel. Vergelijk Lev. 26:36, en Deut. 28:65.

Le 26.36 De 28.65

39) den vrede

Dat is, in het midden van zijn welstand en rust. Zie van het woord vrede, Gen. 37:14.

Ge 37.14

Proverbs 28:1

1) is moedig,

Te weten, door het vast vertrouwen, dat zij op den Heere stellen. Anders: de rechtvaardigen zijn als een jonge leeuw [die] moedig is. Hebreeuws, vertrouwt.

2) jonge leeuw.

Die gewoonlijk moediger en onbevreesder is dan een leeuwenwelp, of oudachtige leeuw. Vergelijk boven de aantekening Spreuk. 19:12.

Pr 19.12
Copyright information for DutKant