Leviticus 27:28
35) verbannen is, Zie boven, Lev. 27:21. Le 27.21 36) al wat verbannen is, Hebreeuws, alle verbanning. 37) heiligheid der heiligheden zijn. Zie boven, Lev. 2:3. Le 2.3Numbers 18:14
22) verbannene in Isral Zie Lev. 27:28. Le 27.28Deuteronomy 2:34
40) verbanden alle steden, Dat is, wij verdelgden en roeiden hen uit ten enenmale. Alzo wordt dit woord ook genomen onder Deut. 3:6, en Deut. 7:2, en elders. Deze verbanning moest geschieden aan allen, die in vijandschap en afgoderij hardnekkig bleven. Vergelijk onder, Deut. 20, en Joz. 6:17,18,21, en Joz. 9:18,19; 1 Kon. 20:42, enz. De 3.6 7.2 Jos 6.17,18,21 9.18,19 1Ki 20.42Deuteronomy 7:26
25) een ban zoudt worden, Dat is, verbannen; zie hiervan een aanmerkelijk exempel, Joz. 7:11,21,24,25,26. Jos 7.11,21,24,25,26 26) datzelve is; Te weten, het verbannen goed. 27) ganselijk verfoeien, Hebreeuws, verfoeiende verfoeien, en gruwelende gruwelen. 28) een ban. Dat is, ten verderf overgegeven, omdat het ter afgoderij gediend heeft.
Copyright information for
DutKant