Leviticus 5:11

25) die gezondigd heeft,

Anders, voor dat hij gezondigd heeft.

26) tiende deel van een efa meelbloem ten zondoffer;

Genaamd gomer, Exod. 16:36, houdende 43 eierschalen. Zulke tien zijn een efa, houdende tienmaal zoveel, dat is, zoveel als in 432 eierschalen zou gaan. Het zijn maten van droge waren.

Ex 16.36

Deuteronomy 25:13

30) tweeerlei weegstenen

Hebreeuws, niet steen en steen; dat is, twee‰rlei gewicht. Zie Lev. 19:36. Alzo ook onder, Deut. 25:15, en Spreuk. 20:10.

Le 19.36 De 25.15 Pr 20.10

Ezekiel 45:10-11

26) rechte waag,

Hebreeuws, waag, of weegschalen der gerechtigheid, en alzo in het volgende; gelijk Lev. 19:35,36.

Le 19.35,36

27) efa,

Zie Lev. 5:11.

Le 5.11

28) bath zult gijlieden hebben.

Zie 1 Kon. 7:26.

1Ki 7.26
29) zullen

Hebreeuws, zal.

30) enerlei mate zijn,

Een efa in droge en een bath in natte waren.

31) homer houdt;

De grootste maat van droge waren. Anders ook genoemd kor. Zie 1 Kon. 4:22, en onder Ezech. 45:14.

1Ki 4.22 Eze 45.14

32) homer.

Als zijnde de grootste maat, naar welke de anderen moesten geregeld zijn.

Copyright information for DutKant