Leviticus 7:14

16) een daarvan

Te weten, een van de gedesemde broden, in Lev. 7:13 vermeld.

Le 7.13

17) hefoffer offeren;

Versta, ene offerande, die in het offeren door den priester omhoog geheven werd. Zie van dezelve ook onder, Lev. 7:32; Exod. 29:27,28, en vergelijk hiermede onder de aantekeningen op Lev. 7:30.

Le 7.32 Ex 29.27,28 Le 7.30

18) het zal voor den priester zijn,

Te weten, het hefoffer.

Numbers 5:9

15) heffing van alle geheiligde dingen

Dit woord is hier niet in het bijzonder genomen, gesteld zijnde tegen beweegoffer, gelijk Exod. 29:27, maar in het algemeen voor de dingen, die door iemand den priester gegeven en alzo Gode toegeheiligd worden, en daarna niet tot enig ander gebruik mogen besteed worden dan gelijk bevolen is. Alzo Exod. 25:2; Num. 15:19; Neh. 10:39.

Ex 29.27 25.2 Nu 15.19 Ne 10.39

16) zijne zijn.

Namelijk, van den priester; alzo in Num. 5:10. Zie Lev. 6:16.

Nu 5.10 Le 6.16
Copyright information for DutKant