‏ Luke 1:78

75) innerlijke bewegingen der barmhartigheid onzes Gods,

Grieks ingewanden der barmhartigheid. Ene gelijkenis, genomen van de mensen, welker ingewanden beroerd worden als het hart sterk met barmhartigheid ontstoken wordt, Gen. 43:30; 1 Kon. 3:26.

Ge 43.30 1Ki 3.26

76) de Opgang uit de hoogte;

Daarmede wordt de Messias betekend, omdat Hij genaamd wordt een ster uit Jakob opgaande, Num. 24:17, en de zon der gerechtigheid, Mal. 4:2. Anders betekent het Griekse woord ook een opgaanden scheut of spruit, gelijk de Messias alzo genaamd wordt, Jer. 23:5; Zach. 3:8, en Zach. 6:12, maar Luk. 1:79 betoont dat het hier in de eerste betekenis bekwamelijker genomen wordt.

Nu 24.17 Mal 4.2 Jer 23.5 Zec 3.8 6.12 Lu 1.79
Copyright information for DutKant