Luke 9:16

18) zegende die,

Van deze zegening, zie Matth. 14:19.

Mt 14.19

1 Timothy 4:4-5

10) niets verwerpelijk,

Namelijk in zich zelf, ten tijde des Nieuwen Testaments, nu het onderscheid der spijzen is weggenomen. Zie Hand. 10:15.

Ac 10.15
11) geheiligd

Dat is, tot een recht en heilig gebruik gericht of bekwaam gemaakt, gelijk 1 Cor. 7:14.

1Co 7.14

12) door het Woord

Dat is, door de verklaring, die ons Gods woord daarvan geeft. Zie Tit. 1:15.

Tit 1.15

13) het gebed.

Namelijk dat het ons tot gezondheid en zegen moge gedijen waaronder ook de dankzegging wordt begrepen. Zie Matth. 15:36; Joh. 6:11.

Mt 15.36 Joh 6.11
Copyright information for DutKant