Malachi 1:8

33) wat blinds aanbrengt

Dat is, een blind beest; zie Lev. 22:20,22,25.

Le 22.20,22,25

34) het is [bij u] niet kwaad;

Of, is dat niet kwaad?

35) wat kreupels of wat kranks

Dat is, een beest dat kreupel, lam, of hinkende is; Deut. 17:1.

De 17.1

36) aanbrengt,

Te weten, om te offeren.

37) het is niet kwaad!

Of, is het niet kwaad? Ja trouwens, het is kwaad, dewijl de Heere verboden heeft zulks te offeren.

38) zal hij een welgevallen aan u hebben?

Dat is, meent gij dat gij hem een aangenaam geschenk zult brengen, als gij Hem zulk een beest brengt?

39) uw aangezicht opnemen?

Dat is, uw persoon goedertierenlijk aannemen, als gij iets van Hem bidt of verzoekt? Zie van deze manier van spreken Gen. 19:21.

Ge 19.21
Copyright information for DutKant