Malachi 2:4
11) weten, Dat is, metterdaad bevinden en gewaar worden dat gij deze straf draagt vanwege de overtreding van Mijn gebod. Zie Mal. 2:1. Mal 2.1 12) opdat Mijn verbond Dat is, opdat mijne genade en de priesterlijke waardigheid, die Ik den stam van Levi [uit welken gijlieden, o priesters, gesproten zijt] dooe een bijzondere belofte en verbond gegeven heb, bij ulieden blijven moge, en gijlieden van dezelve, niet beroofd wordt.
Copyright information for
DutKant