Malachi 3:14-15

47) Het is tevergeefs God te dienen;

Verg. Job 21:15.

Job 21.15

48) dat wij Zijn wacht waarnemen,

Dat is, dat wij onderhouden wat Hij ons bevolen heeft te onderhouden.

49) dat wij in het zwart gaan,

Dat is, dat wij treuren en leed dragen in zwarte klederen. Zie Job 30:28, en Ps. 38:7, en Ps. 42:10, en Ps. 43:2.

Job 30.28 Ps 38.6 42.9 43.2
50) En nu,

Het zijn de woorden der goddelozen.

51) de hoogmoedigen gelukzalig;

De hovaardigen, de trotsen.

52) worden gebouwd;

Dat is, zij hebben geluk en voorspoed, zij groeien en bloeien en krijgen groten rijkdom in deze wereld; alzo wordt het woord bouwen ook genomen Spreuk. 24:3.

Pr 24.3

53) verzoeken zij den HEERE,

Zie Ps. 95:9.

Ps 95.9

54) ontkomen.

Te weten, uit alle onheil en gevaar, ook uit alle ellenden en zwarigheden; of zij ontkomen; dat is, zij worden niet gestraft.

Copyright information for DutKant