Matthew 12:30-32

25) vergeven worden;

Namelijk indien zij zich bekeren.

26) tegen den Geest

Deze zonde tegen den Heiligen Geest is wanneer iemand, niet uit zwakheid of vrees gelijk Petrus, noch uit onwetendheid gelijk Paulus, de Evangelische waarheid verzaakt of bestrijdt, maar dezelve uit enkel haat en moedwil, tegen de overtuiging des Heiligen Geestes, wederstaat, lastert en vervolgt.

27) niet vergeven worden.

Namelijk omdat zij zich niet bekeren, noch door het rechtvaardig oordeel Gods bekeerd kunnen worden. Zie Hebr. 6:4.

Heb 6.4
28) Noch in deze eeuw

Dat is, nimmermeer, gelijk het verklaard wordt, Mark. 3:29, noch hier noch hiernamaals in het uiterste oordeel, hetwelk ook de toekomende eeuw genaamd wordt, zie Luk. 18:30.

Mr 3.29 Lu 18.30

1 Corinthians 2:8

20) niemand van

Namelijk uit hun natuurlijke rede of verstand, hoe groot en hoe kloek hetzelve ook was. Hoedanige Herodes, Pilatus, Kajafas en andere machtigen in deze wereld geweest zijn, alsook de wijsgeren, schriftgeleerden en dergelijken. Anderszins heeft Abraham ook door Gods Geest en openbaring zijnen dag gezien, Joh. 8:56, en David heeft zich daarin verheugd, Ps. 16:9, met anderen godzalige koningen en profeten, Luk. 10:24, en ook sommigen van de oversten der Joden, gelijk Nikodemus en Jozef van Arimathea, hebben hem gekend; dan deze waren weinigen, en hebben in Zijnen dood niet gestemd; Luk. 23:51. Zie dergelijke wijze van spreken Joh. 3:32.

Joh 8.56 Ps 16.9 Lu 10.24 23.51 Joh 3.32

21) den Heere der

Namelijk die het hoofdstuk is van deze wijsheid Gods. Zo wordt Christus genaamd ten aanzien van Zijn goddelijke natuur, Ps. 24:7; Hand. 7:2, die gekruisigd is naar Zijn menselijke natuur. Zie dergelijke wijze van spreken Joh. 3:13; Hand. 3:15, en Hand. 20:28.

Ps 24.7 Ac 7.2 Joh 3.13 Ac 3.15 20.28
Copyright information for DutKant