Numbers 2:3
4) tegen den opgang, Of oostwaarts. Numbers 2:9-10
7) van Juda Zijnde daaronder begrepen de stammen van Issaschar en Zebulon, waarvan Juda de voornaamste was. Alzo voortaan van de anderen, als: van het leger van Ruben, Num. 2:16; Efram, Num. 2:24; Dan, Num. 2:31. Nu 2.16,24,31 8) zes en tachtig duizend en vierhonderd, Hebreeuws, tachtig duizend en zes duizend. 9) vooraan optrekken. Dat is, in het reizen den voortocht hebben. Numbers 2:16
11) de tweede optrekken. Dat is, in het reizen den tweeden tocht hebben. Numbers 2:18
13) tegen het westen zijn; Hebreeuws, ter zeewaarts. Zie Gen. 12:8, en onder, Num. 3:23. Ge 12.8 Nu 3.23 Numbers 2:24-25
16) honderd acht duizend en eenhonderd, Hebreeuws, honderd duizend en acht duizend. Vergelijk boven, Num. 2:9. Nu 2.9 17) de derde optrekken. Dat is, in het reizen den derden tocht hebben. Numbers 2:31
18) In het achterste Dat is, in het verreizen zullen zij den achtertocht hebben.
Copyright information for
DutKant