Proverbs 1:24

61) uitgestrekt

Te weten, om u tot bekering te nodigen. Zie gelijke wijze van spreken Jes. 65:2.

Isa 65.2

Isaiah 50:2

6) daar was niemand,

Te weten die mijn woord hoorde en gehoorzaamde, toen Ik ulieden door de profeten, mijne dienaars, tot boete liet roepen en mijne genade aanbieden.

7) gans kort

Hebreeuws, kort wordende kort geworden. Alsof de Heere zeide: Hebt gij mij daarom niet willen horen of gehoorzamen, omdat gij aan mijne almacht getwijfeld hebt, alsof Ik u uit uwe ellende niet zou kunnen verlossen?

8) maak Ik de zee

Gelijk gebleken is aan de Rode zee, Exod. 14:21, en aan de Jordaan; Joz. 3:16. Alsof de Heere zeide: Dewijl Ik zulks doen kan, zo ontbreekt mij ook gene macht om ulieden te redden. Van Gods schelding zie Ps. 9:6, en Ps. 18:16, en Ps. 104:7.

Ex 14.21 Jos 3.16 Ps 9.5 18.15 104.7

Isaiah 56:12

Jeremiah 7:13

21) vroeg op

Dat is, mijne profeten vroeg en intijds, steeds en doorgaans tot u zendende met een uitnemende vlijtigheid; zie 2 Kron. 36:15; alzo onder Jer. 7:25, en Jer. 11:7, en voorts dikwijls in dit boek.

2Ch 36.15 Jer 7.25 11.7

22) doen,

Door de Babyloni‰rs.

Copyright information for DutKant