Proverbs 28:20
51) gans Hebreeuws, een man van waarheden, of van getrouwheden. Zie boven Spreuk. 11:17. Versta een, die waarachtig, oprecht en getrouw in zijn handel is. Pr 11.17 52) veelvoudig Dat is, zal zeer gezegend worden. God zal hem goeddoen, en de vromen zullen hem goeds toewensen. 53) niet onschuldig Dat is, niet zonder nadenken van ongerechtige handelingen, misbruiken en zonden, en daarom ook niet onstrafbaar gehouden worden.
Copyright information for
DutKant