Proverbs 30:14
35) welks Versta, in het algemeen, die geheel wreed en zonder medelijden zijnde, hun aanzien en vermogen misbruiken om de kleinen te vernielen; gelijk daar zijn achterklappers, faamrovers en lasteraars; idem, die met geweld de ellendigen verdrukken; mitsgaders de gierigaards, die hunnen naaste door bedriegelijken handel verdrukken of door woeker uitzuigen. 36) tanden Vergelijk Ps. 57:5. Ps 57.4 37) baktanden Zie Job 29:17. Job 29.17 38) te verteren. Dat is, te verslinden en te vernielen. Zie Exod. 15:7, en de aantekening, Deut. 32:42; 2 Sam. 2:26. Ex 15.7 De 32.42 2Sa 2.26
Copyright information for
DutKant