Proverbs 6:32

63) is verstandeloos;

Hebreeuws, harteloos, of heeft geen hart, of gebrek van een hart; dat is, heeft geen wetenschap, verstand en zinnen, niet begrijpende wat God aangenaam, eerlijk voor de mensen en voordelig voor zichzelven is. Zie dezelfde benaming onder Spreuk. 7:7, en Spreuk. 9:4,16, en Spreuk. 10:13, en Spreuk. 11:12, en Spreuk. 15:21, en Spreuk. 17:18, enz.; het woord hart is dikwijls genomen voor het verstand. Zie Job 9:4.

Pr 7.7 9.4,16 10.13 11.12 15.21 17.18 Job 9.4

64) die dat doet;

Dat is, die overspel begaat.

Copyright information for DutKant