Psalms 36:10

12) levens

Dat is, een levende en altoosdurende fontein, waardoor de ziel geestelijk leeft, overvloediglijk gelaafd, onderhouden en verkwikt wordt. Verg. Joh. 4:14; Joh. 7:38,39. Jer. 2:13; Jer. 17:13.

Joh 4.14 7.38,39 Jer 2.13 17.13

13) uw licht

Dat is, als Gij ons door uw Heiligen Geest verlicht, en uw vaderlijk aanschijn in den Messias vertoont, dan bekomen wij het rechte verstand van uwe genadewerken en genieten een levenden troost en hartelijke blijdschap. Verg. Job 29:3. Ps. 4:6,7; Ps. 27:1, met de aantekening, Jes. 9:1. Jak. 1:17. idem voor zoveel dit de heerlijkheid des eeuwigen levens mede aangaat; Ps. 16:11; Ps. 17:15. idem Zach. 14:6,7. Col. 1:12. Openb. 21:11,23; Openb. 22:5.

Job 29.3 Ps 4.5,6 27.1 Isa 9.2 Jas 1.17 Ps 16.11 17.15 Zec 14.6,7 Col 1.12 Re 21.11,23 22.5

Psalms 85:7

9) Zult Gij

Hebr. zult Gij niet wederkeren, ons levend maken? Te weten, ons geheellijk weder herstellen, inplaats daar wij nu als dood zijn in deze ellendige gevangenis?

10) in U

Te weten, vanwege uwe goedertierenheid aan hen bewezen.

Ecclesiastes 2:3

8) in mijn hart

Dat is, bij mijzelven.

9) nagespeurd,

Of, onderzocht, of gezocht, of beraadslaagd.

10) mijn vlees

Dat is, mijn lichaam. De zin is: Ik heb mij benaarstigd om tegelijk in lichamelijke geneugten en in wijsheid te leven, voegende alzo de wijsheid en de geneugte tezamen; want men moet hier onder den naam van wijn verstaan allerlei lekkere spijs en drank. ja allerlei wellusten.

11) op te houden in den wijn

Of, te trekken tot den wijn, dat is, tot den wijn gewennen. Anders: mijn vlees den wijn over te geven.

12) nochtans leidende mijn hart in wijsheid

Hij wil zeggen: ik heb voorgenomen de wijsheid die mij God gegeven heeft, alzo in mijn hart te bewaren, dat ik nochtans uiterlijk de dwaasheid te weten, met lekkerlijk te eten en te drinken, en met wellusten te plegen ook plaats geven wilde, die grijpende en vasthoudende.

Copyright information for DutKant