Psalms 36:9

11) dronken

Versta hier, de geestelijke spijs en drank der ziel. Zie Jes. 25:6, en 65:13, en 66:11. en verg. Ps. 63:6; Ps. 65:5. Jer. 31:12,14; Jer. 50:19, idem het Hooglied van Salomo.

Isa 25.6 65.13 66.11 Ps 63.5 65.4 Jer 31.12,14 50.19

Matthew 4:15

14) over de Jordaan,

Anders, omtrent, of nevens.

15) volken,

Of, der heidenen; want het Griekse woord betekent beiden, en wordt ook van het Joodse volk gebruikt, Luk. 7:5. Dit deel van Galilea wordt zo genaamd, •f omdat het zeer volkrijk was, Deut. 33:23, •f omdat het grensde aan de palen van Tyrus en Sidon, die heidense steden waren.

Lu 7.5 De 33.23
Copyright information for DutKant