Psalms 37:21-22
37) ontfermt Of, handelt goediglijk, gunstiglijk, liberalijk. 38) zijne gezegenden Dat is, die van den HEERE gezegend zijn; alzo terstond, zijn vervloekten, dat is, die van Hem vervloekt zijn, Ps. 37:20, alwaar gesproken is van de vijanden des HEEREN. Zie Matth. 25:34,41. en aangaande de manier van spreken, verg. Ps. 69:27,34. Jes. 16:4. Ps 37.20 Mt 25.34,41 Ps 69.26,33 Isa 16.4
Copyright information for
DutKant