Psalms 37:37

61) oprechte

Hebr. rechten, richtigen, enz. Zie boven Ps. 7:11.

Ps 7.10

62) einde van

Hebr. achterste, uiterste, laatste. Verg. Deut. 32:20; Spreuk. 14:12. Dat is, hij zal ten laatste welvaren, het zal hem eindelijk welgaan; dat zult gij bevinden zo gij daarop acht geeft. Anders, want daar is loon voor den vreedzamen man. Sommigen verstaan het van de nakomelingen, alzo in het volgende. Verg. Ps. 109:13. Ex. 31:17.

De 32.20 Pr 14.12 Ps 109.13 Ex 31.17
Copyright information for DutKant