Psalms 37:5
7) Wentel Of, rol uwen weg; dat is, draag al uw voornemen en doen, zorg, bekommernis, den Heere op, beveel het Hem; zie Ps. 22:9. en verg. Matth. 6:25. enz. en Luk. 12:22. enz. Ps 22.8 Mt 6.25 Lu 12.22 8) maken Of, uitvoeren, uitrichten. Psalms 55:22
44) mond Dat is, de woorden zijns monds; waarom ook het bijgevoegde Hebr. woord in het getal van velen staat, zijn gladder. 45) dan boter, Of, dan of zij boterig, of geboterd waren. Anders: zij maken hunnen mond glad, of zij verzachten hunnen mond [als] boter. 46) krijg; Dat is, vol van krijg of strijd, zij hebben niets dan enkel strijd in den zin, tegen mij. 47) blote Hebr. geopende, uitgetogene; dat is, zij zijn dodelijk wondende, zij zoeken mij daardoor in het verderf te brengen, Verg. Spreuk. 12:18, en Ps. 57:5. Pr 12.18 Ps 57.4 Proverbs 16:3
8) Wentel Zie Ps. 22:9, en Ps. 37:5. Ps 22.8 37.5 9) gedachten Welke schikkingen des harten genaamd worden, boven Spreuk. 16:1; zie aldaar de aantekening. Pr 16.1 1 Peter 5:7
Copyright information for
DutKant