Psalms 78:27-28

20) stof

In zulk een menigte en overvloed.

21) gevogelte

Te weten, kwakkelen.

22) zijns

Alzop nochtans, dat het ook verre buiten het leger gevallen is; zie Num.. 11:31. Hij noemt Isra‰l Gods leger, omdat Hij Heere, Hoofd, Koning en Leidsman daarvan was.

Nu 11.31

23) woningen.

Dit kan men verstaan van Gods tabernakel, waarin verscheidene woningen waren; of van de woningen des volks, die Gods woningen zouden kunnen genoemd worden, om reden gelijk het leger Gods leger.

Copyright information for DutKant