Romans 1:27

66) de vergelding van hun dwaling,

Dat is, de rechtvaardige straf van hun afgodendienst of het rechte loon. Want de afgodendienst, die geestelijke hoererij is, wordt gemeenlijk van God gestraft met lichamelijke, gelijk men die twee zonden gemeenlijk bij elkander ziet regeren. Zie Num. 25:1,2; Openb. 17:1,2, enz.

Nu 25.1,2 Re 17.1,2
Copyright information for DutKant