Romans 11:7
33) Wat dan? Namelijk zullen wij zeggen? gelijk Rom. 6:1, en Rom. 7:7, en Rom,8:31. Dit is ene tegenwerping van iemand, die meent ongerijmd te zijn dat de Joden de gerechtigheid niet zouden verkrijgen, daar zij zozeer naar dezelve trachten. Ro 6.1 7.7 8.31 34) Hetgeen Namelijk dit zullen wij zeggen. 35) Israel Dat is, de Isralieten, dat is, de meeste hoop derzelve, die naar het vlees alleen Isralieten zijn; Rom. 9:31; 2 Cor. 11:22. Ro 9.31 2Co 11.22 36) zoekt, Dat is, dat hij tracht te verkrijgen door zijne werken, namelijk de gerechtigheid voor God en het eeuwige leven. 37) de uitverkorenen Grieks, de verkiezing heeft het verkregen; dat is, al de uitverkorenen onder de Isralieten, ten aanzien en omdat zij uit genade zijn uitverkoren. 38) de anderen Namelijk die niet verkoren en krachtig geroepen zijn. 39) verhard geworden. Grieks, vereeld. Zie Mark. 3:5. Mr 3.52 Corinthians 3:15
Copyright information for
DutKant