Romans 2:26

56) de voorhuid

Dat is, degenen, die onbesneden zijn.

57) rechten der wet bewaart,

Of, rechtvaardigmakingen; dat is, hetgeen de wet tot rechtvaardigmaking vereist.

58) zijn voorhuid

Dat is, de stand van den onbesneden mens.

59) tot een besnijdenis gerekend worden?

Dat is, alzo gehouden worden alsof hij besneden ware, gelijk in Abraham te zien is eer hij besneden was, die nochtans niet door de wet, maar door het geloof is gerechtvaardigd, Rom. 4:10, waarmede hij de besnijdenis niet ten enenmale verwerpt, als zij nog niet afgedaan was,maar hij handelt hier met de Joden, die de leer der Farize‰n volgden en hunne gerechtigheid stelden in de onderhouding van den uiterlijken godsdienst. Anders was de besnijdenis in zichzelve een teken en zegel van de rechtvaardigmaking des geloofs, Rom. 4:11, en is met de andere ceremoni‰n en schaduwen door Christus vervuld en afgedaan; Col. 2:17.

Ro 4.10,11 Col 2.17

Romans 3:30

61) de besnijdenis

Dat is, de Joden.

62) de voorhuid door het geloof.

Dat is, de heidenen van afkomst.

Romans 4:12

Galatians 2:8

36) (Want

De apostel wijst hier aan waaruit de apostelen gezien en bekend hebben, dat hem het Evangelie was toevertrouwd, namelijk uit de krachtige werking Gods door zijne predikatie tot bekering der heidenen.

37) Die in Petrus

Namelijk de Heere Christus, die den dienst van Petrus vergezelschapt heeft met de krachtige werking Zijns Geestes.

38) in mij

Of, door mij, dat is, door mijn dienst.

39) onder de heidenen);

Namelijk tot hunne bekering.

Copyright information for DutKant