Romans 6:12

28) dan de

Dat is, dewijl gij wedergeboren zijt en verlost van de macht der zonde.

29) zonde niet

Dat is, de overblijfselen der verdorvenheid, die in ons tot onze oefening en vernedering overig zijn.

30) heerse in uw

Dat is de overhand hebbe, namelijk over de kracht en bewegingen des Geestes in u. Zie Rom. 8:13,14; Gal. 5:16,17,18.

Ro 8.13,14 Ga 5.16,17,18

31) sterfelijk lichaam,

Dit wordt gezegd, niet omdat de kwade begeerlijkheden alleen in het lichaam zijn, of haar oorsprong alleen uit het lichaam en niet uit de ziel hebben; want dat strijdt tegen hetgeen Christus zegt Matth. 15:18,19, en Paulus, Gal. 5:19,20; maar omdat deze kwade begeerlijkheden zich in het lichaam meest openbaren en door het lichaam uitgevoerd worden.

Mt 15.18,19 Ga 5.19,20

32) te gehoorzamen

Dat is, te volgen of te doen, waar de zonde ons door verscheidene begeerlijkheden toe verlokt Jak. 1:14.

Jas 1.14

Colossians 3:3

5) gij zijt gestorven,

Namelijk der zonde en der wereld. Zie Rom. 6:2, enz.

Ro 6.2

6) uw leven is met Christus

Dat is, uw geestelijk en onvergankelijk leven. Want al hebben de gelovigen enige beginselen daarvan, nochtans blijkt dat voor de wereld niet, en zijzelven verwachten de volheid daarvan in Christus en met Christus, uit den hemel, met ene hoop, die niet bedriegt; Rom. 8:24,25.

Ro 8.24,25

7) verborgen in God.

Dat is, gelijk Christus ter rechterhand Zijns Vaders is in het bezit Zijner heerlijkheid, hoewel zulks voor de ogen der wereld is verborgen, alzo wordt ook het leven, dat ons in Christus en met Christus toekomt, aldaar bewaard om te Zijner tijd aan ons geopenbaard te worden voor de ogen der gehele wereld; 1 Petr. 1:4,5, enz.

1Pe 1.4,5
Copyright information for DutKant