Romans 8:24
65) die gezien wordt, Dat is, waar de gehoopte zaak tegenwoordig is, of alrede bezeten wordt. 66) waarom zal hij het ook hopen? Grieks waarom hoopt hij het ook? Ephesians 2:6
21) in Christus Jezus; Namelijk als ons Hoofd, in welken wij deze weldaden alrede bezitten, en wij ook in hope bezitten, Rom. 8:24, en dezelve zekerlijk zullen deelachtig worden te zijner tijd. Zie Rom. 8:11; 1 Cor. 15:20; Filipp. 3:21; Col. 3:1,2, enz. Ro 8.24,11 1Co 15.20 Php 3.21 Col 3.1,2 1 John 3:2
7) nu zijn wij kinderen Gods, Dat is, in dit leven hebben wij reeds het recht van het kindschap Gods, en de verzekering daarvan; Joh. 1:12. Joh 1.12 8) en het is Dat is, doch. 9) nog niet geopenbaard, Dat is, deze heerlijkheid, die den kinderen Gods bereid is, is nog aan ons niet volkomen bekend gemaakt, hoewel daarvan enige beschrijvingen hier en daar in de Schrift gegeven zijn. 10) wat wij zijn zullen. Dat is, met hoe grote heerlijkheid wij zullen aangedaan worden. 11) [Hij] zal geopenbaard zijn, Namelijk Christus, gelijk blijkt uit 1 Joh. 2:28, en Col. 3:4. Anderen verstaan daarop het, namelijk dat wij wezen zullen. 1Jo 2.28 Col 3.4 12) gelijk wezen; Namelijk in heerlijkheid naar lichaam en naar ziel; alzo nochtans dat Christus het Hoofd, gelijk betamelijk is, boven Zijne ledematen in heerlijkheid verre zal uitsteken. Zie de aantekeningen Filipp. 3:21. Php 3.21 13) gelijk Hij is. Namelijk in Zijn volle heerlijkheid, zittende ter rechterhand Zijns Vaders, hetwelk een groot deel van onze gelukzaligheid zal zijn; Ps. 16:11; Openb. 22:4. Ps 16.11 Re 22.4
Copyright information for
DutKant