Zechariah 2:5

13) een vurige muur rondom;

Dat is, Ik zal hen alzo beschutten dat hunne vijanden hen niet zullen kunnen genaken, en zo er iemand is, die hen zou willen aantasten, die zal als met vuur verteerd en vernield worden. Verg. Jes. 26:1, en Jes. 60:18,19; Jer. 15:20; verg. ook Ps. 125:2, en 2 Kon. 6:17.

Isa 26.1 60.18,19 Jer 15.20 Ps 125.2 2Ki 6.17

14) Ik zal tot heerlijkheid wezen

Dat is, Ik zal hun tot eer en heerlijkheid gereiken; Ik zal de burgers en inwoners dier stad of gemeente met vele en grote weldaden vereren en begenadigen.

Matthew 16:18

16) petra

Dat is, steen of steenrots; namelijk op deze uwe belijkdenis, die gij van mij doet. Of, op mij dien gij beleden hebt. Want Christus is alleen het fondament zijner gemeente, 1 Cor. 3:11, hoewel ook Petrus en ook de andere apostelen ten aanzien van hunne leer, fondamenten der gemeente kunnen genaamd worden, gelijk te zien is Openb. 21:19.

1Co 3.11 Re 21.19

17) poorten der hel

Dat is, noch de listigheid noch het geweld des duivels en zijner instrumenten. Want eertijds waren de raadhuizen en sterkten der steden in de poorten: Gen. 22:17.

Ge 22.17
Copyright information for DutKant