Zechariah 9:2
7) Hij Te weten, de Heere. 8) Hamath Zie Num. 13:21. Nu 13.21 9) met dezelve Te weten, oog. Anders: Hamath zal dezelve bepalen; dat is, Hamath zal aan de grenzen daarvan liggen. Zie Joz. 19:35. Anders: door dezelve, te weten rust van den last. Jos 19.35 10) bepalen; Dat is, Hij zal de Syrirs ordineren hoe wijd en hoe ver zij zullen gaan en staan, ten beste van zijne kerk. Anderen nemen het aldus: Ook zal die [last] Hamath bepalen. Het is dezelfde zin. 11) zij Te weten, Tyrus, dat is, de inwoners van tyrus, alsook de Sidonirs. 12) zeer wijs is; Naar hunne mening. Zie Ezech. 28:3 de aantekening aldaar, enz. Eze 28.3
Copyright information for
DutKant