2 Chronicles 21:16-17

De tucht van de HEERE

Het woord van de HEERE aan en over Jehoram wordt vervuld, het oordeel komt. Het oordeel komt eerst van buiten, maar komt van de HEERE. De HEERE wekt een vijand op tegen Juda (2Kr 21:16). De HEERE wekt “de geest op”, wat wil zeggen dat Hij hun geest prikkelt en hen in beweging brengt om tegen Juda op te trekken. Hij maakt gebruik van volken die Hem niet kennen en niet willen dienen en maakt hen tot werktuigen om Zijn wil uit te voeren. Hij brengt daarvoor twee volken samen die ver uit elkaar wonen. De Filistijnen wonen vlakbij, het is een buurland; de Arabieren wonen “in de nabijheid van de Cusjieten”, dat is bij Ethiopië.

De man die zijn broers heeft omgebracht om alles alleen te kunnen genieten, ervaart nu dat zijn zonen en vrouwen worden omgebracht (2Kr 21:17). God houdt echter ook nu de lamp brandend (2Kr 21:7), hoe zwak het schijnsel ook is. De jongste zoon van Jehoram, Joahaz, blijft over. Joahaz is dezelfde persoon als Ahazia (2Kr 22:1), waarbij in de naam het voorvoegsel het achtervoegsel wordt, zonder dat de betekenis van de naam daarmee verandert.

Copyright information for DutKingComments