2 Kings 15:32-38

Jotham koning van Juda

Met het aantreden van Jotham, de zoon van Uzzia of Azaria, als koning van Juda zijn we terug bij het tweestammenrijk. Van hem wordt gezegd, net als van een aantal andere koningen die na Salomo hebben geregeerd, dat hij doet wat juist is in de ogen van de HEERE. Van deze koningen is Jotham de enige van wie niet wordt gezegd dat hij op latere leeftijd ontrouw is geworden. Hij volgt zijn vader in het goede na. Het kwade dat zijn vader heeft gedaan, volgt hij niet na. Het volk waarover hij regeert, gaat echter door met zijn verderfelijke praktijken (2Kr 27:1-2).

In zijn dagen begint Micha te profeteren (Mi 1:1). De profeet Jesaja is zijn dienst begonnen in de laatste jaren van zijn vader Uzzia (Js 1:1). Het verdorven handelen wordt door Jesaja uitvoerig in zijn boek beschreven. Koningen kunnen door de HEERE worden gebruikt voor een opwekking. Opwekkingen hebben echter weinig echt en blijvend resultaat omdat onder de oppervlakte bij het volk de hang naar afgoderij in welke vorm ook steeds aanwezig is.

In de geschiedenis van Israël en Juda gaat het steeds verder bergafwaarts. In Israël is de laatste koning, Hosea, aan de regering. In Juda zal het nog even duren, maar dan valt ook voor dat rijk het doek vanwege hun halsstarrige afwijken van de HEERE. Het is de eindtijd van Gods volk, zoals ook wij daarin leven. Waar wordt werkelijk liefde voor en trouw aan de Heer gevonden? Kerkgeschiedenis wordt vaak door de grote mannen gemaakt en geschreven, maar hoe zag het er werkelijk uit onder het volk? De massa gaat vaak mee in de breedte, terwijl slechts enkelen in de diepte gaan.

De belangstelling van Jotham gaat ook uit naar de tempel. Dat blijkt uit de enige daad die van hem wordt vermeld. Van hem wordt genoteerd dat hij “de Bovenpoort van het huis van de HEERE bouwde”.

Vanwege de gedurige ontrouw van het volk moet de HEERE vijanden op Juda afsturen. De nieuwe vijanden zijn ”Rezin, de koning van Syrië, en Pekah, de zoon van Remalia.” Pekah is de koning van Israël die hier in een ongoddelijk verbond met Rezin, de ongoddelijke koning van Syrië, optrekt tegen zijn broeders. Dat de HEERE dit bewerkt, doet niets af van de verantwoordelijkheid van Pekah om dit boze werk te doen.

Copyright information for DutKingComments