2 Kings 23:27

De toorn van de HEERE moet komen

Ondanks de opwekking die God in Zijn genade voor Zijn volk heeft gebracht, “keerde de HEERE Zich niet af van Zijn grote, brandende toorn”. Wat voor Josia een diepgaand werk in zijn hart en geweten is geweest, is voor het volk slechts een oppervlakkige, tijdelijke aandoening geweest (Jr 25:3-7). Zij hebben zich niet radicaal tot God bekeerd. Hetzelfde zien we in de christenheid. Al zou God nog de grootste opwekking geven, dan zou dat niets veranderen aan het feit dat het oordeel over de christenheid komt, zoals Juda hier vlak voor de wegvoering naar Babel staat. Dat heeft niet te maken met een falen van Gods almacht, maar met de onverbeterlijkheid van de mens.

God moet Jeruzalem verwerpen vanwege het tergen van Manasse. Wat Manasse heeft gedaan om God te tergen, kent geen grenzen. God is het aan Zijn heiligheid verplicht het volk, dat zich in plaats van tot God te roepen achter Manasse heeft geschaard, te oordelen. We beluisteren de smart in het hart van de HEERE in wat Hij in 2Kn 23:27 zegt over het wegdoen van Juda en het verwerpen van Jeruzalem.

Copyright information for DutKingComments